Stichtingsacte van de Katholieke kerk te Katwijk aan Zee voor de reformatie

De originele tekst en in modern(er) Nederlands

Te weten, dat die buerlude toe Catwijc opt zee mit den ersamen geestlichen heren Johan van Haeften, Lantcompthur ende den gemeynen compthuren der balyen van Utrecht Duytsches ordens, Collatoren der kercken tot Catwijc opten Rijn, overcomen ende eyns geworden zijn, als dat die buerlude opt zee voirscr. een prochie mit allen hoeren toebehoeren opt zee hebben sullen, in manieren na gescreven:

Te weten, dat de buurlieden te Katwijk op Zee met de eerzame geestelijke heren Johan van Haeften, landcommandeur en de algemene commandeur van de Balij van Utrecht van de Duitse orde, collateurs van de kerk te Katwijk op den Rijn, overeenkomen en eens geworden zijn, dat de buurlieden op Zee voorschreven een parochie met al haar toebehoren op Zee hebben zullen, op de manier nageschreven:

In den yersten, dat die van Catwijc opt zee sullen hebben alle vrijheiden der curen, als eenen vrijen curen van rechts toebehoirt.

Ten eerste, dat die van Katwijk op Zee zullen hebben alle vrijheden van de curen (parochie), zoals een vrije curen van rechtswege toebehoort.

Item die lantcompthur van Utrecht ende sijnen nacomeligen sullen ten ewigen dagen collatores van der curen wesen ende die pastoir die van eynen lantcompthur toe der curen presentiert werd, sal dairtoe gehalden wesen, dat hij vier missen ter weken, als des sondages, des manendages, des woensdages ende des vridages doen off laten doen zal. Ende als't gevelt, dat eyn heilich dach in der weken opten dynsdach, den donresdach of opten saterdach coemt, soe sal die pastoir sonder verlichtinge van den vier missen op die dagen voirscr. toe der missen des heiligen dages oec gehalden wesen. Mer als't gevelt, dat twe heilige dagen in der weke comen op die dagen, dat die pastoir niet schuldich is misse te holden, als dynsdages, donredach ende saterdach, soe sal die pastoir toe den missen der heiliger dagen geholden wesen, mer hij sal eenre missen van den drien dagen, als manendages, woensdages ende vridages toe sijnen koir verdragen ende verlaten wesen.

Idem de landcommandeur van Utrecht en zijn nakomelingen zullen ten eeuwige dage collateurs van de curen wezen en de pastoor, die door een landcommandeur voor de curen gepresenteerd wordt, zal daartoe gehouden wezen dat hij vier missen per week, als de zondag, de maandag, de woensdag en de vrijdag, doen of laten doen zal. En als het gevalt dat een heilige dag in de week op de dinsdag, de donderdag of op de zaterdag komt, dan zal de pastoor zonder verlichting van de vier missen op die dagen voorschreven tot de mis van de heilige dag ook gehouden wezen. Maar als het gevalt dat twee heilige dagen in de week komen op die dagen, dat de pastoor niet schuldig is missen te houden, als dinsdag, donderdag en zaterdag, dan zal de pastoor tot de missen van de heilige dagen gehouden wezen, maar hij zal een mis van de drie dagen, als maandag, woensdag en vrijdag tot zijn koor verdragen en verlaten (vrijgesteld) wezen.

Item die buerlude opt zee voirscr. sullen den pastoir, die toe der curen presentiert sal werden, werven ende bestellen eyn goet beqwaem huys myt enen themelichen hoff, dat der curen toebehoeren sal, ende sij sullen dat huys ten ewigen dagen in rake ende dake houden, als dat geboirick is.

Idem de buurlieden op Zee voorschreven zullen de pastoor, die voor de curen gepresenteerd zal worden, werven en bestellen een goed en bekwaam huis met een betamelijke hof, dat de curen toebehoren zal en zij zullen dat huis ten eeuwige dagen in rake en dake houden (onderhouden), zoals dat behoorlijk is.

Item op dat die pastoir, die toe der curen presentiert sal werden, sijn competenci hebben mach, soe sullen die buerlude voirscr. dem pastoir drie ende vijftich Rijnsche gulden dairan hij wael gehouden sij jairlix besorgen ende uutrichten ter tijt toe dat sij hem zoeveel mortificierder gueden overgeven ende bewijst hebben, dairan hij sijnre drie ende vijftich Rijnsche gulden voirscr. jairlix seker wesen mogen, dairop sij oick bestellen sullen die kerk consecreert te werden.

Idem opdat de pastoor, die tot de curen gepresenteerd zal worden, zijn competentie hebben mag, zo zullen de buurlieden voorschreven de pastoor 53 rijnse guldens, daaraan hij wel gehouden zij, jaarlijks bezorgen en uitrichten (uitvoeren) ter tijd toe dat zij hem zoveel mortificierder goeden overgegeven en bewezen hebben, waaraan hij zijn 53 rijnse gulden voorschreven jaarlijks zeker wezen mag, daarop zij ook ervoor zorgen zullen dat de kerk geconsecreert (ingewijdt) zal worden.

Item alzoe dan mitter anrichtinge der nywer curen opt zee der moederkercken op Rijn in der accidenci ende anders mercklich sal afgetogen werden, dat sonder verstueren niet te verhengen noch te believen en weere, zoe sal die pastoir op zee dem compthur van Catwijc op Rijn van sijnen accidenci ende offer jairlix vier ende twyntich Rijnsche gulden geven ende uutreicken, dairvoir die buerlude voirscr. staen ende genoich wesen sullen, dat die pastoir opt zee dem compthur voirscr. die XXIIII Rijnsche gulden voirscr. wael betalen sal.

Idem omdat dan met de oprichting van de nieuwe parochie op Zee de moederkerk op Rijn in de inkomsten en anders aanmerkelijk zal verminderen, dat zonder versturen niet te verhengen (toelaten) nog te believe en bezit, zo zal de pastoor op Zee de commandeur van Katwijk op Rijn van zijn inkomsten en offers jaarlijks 24 rijnse gulden geven en uitreiken, waarvoor de buurlieden voorschreven instaan, dat de pastoor op Zee de commandeur voorschreven de 24 rijnse gulden voorschreven wel betalen zal.

item die compthur van Catwijk op Rijn sal behalden alle sijne renten thienden, cleyn ende groot, mer alle zekere ende onzekere vervallen der curen opt zee bynnen ende buten der kercken vallende, sal die pastoir opt zee voir hem behouden beholtlich des, dat hij die XXIIII Rijnsche gulden voirscr. dem compthur voirscr. jairlix dairvan uutreiken sal als voirscr. is.

Idem de commandeur van Katwijk op Rijn zal behouden al zijn renten, tienden, klein en groot, maar alle zekere en onzekere opbrengsten van de curen op Zee binnen en buiten de kerk vallend, zal de pastoor op Zee voor hem behouden, behoudens dat hij de 24 rijnse gulden voorschreven de commandeur voorschreven jaarlijks daarvan uitreiken zal zoals voorschreven is.

item alle die offeranden, die in der kercken op zee ende op allen altaren dairinne wesene comen sullen, die sal die pastoir ende nyemant anders boeren ende innemen.

Idem alle offeranden die in de kerk op Zee en op alle altaren die daarin zullen komen, die zal de pastoor en niemand anders toebehoren en innemen.

item of yemant van den bueren opter zee sijn sepultuir worde kiesende opten Rijn of yemant van den Rijn opter zee, soe sullen die compthur ende die pastoir voirg. die obvenciones pro canonica porcione half ende half deilen.

Idem als iemand van de buren op Zee zijn begravenis kiest op (Katwijk aan) de Rijn of iemand van de Rijn op de Zee, dan zullen de commandeur en de pastoor voorgaand de kerkeklijke inkomsten half om half delen.

Item die buerluden, voirscr. en sullen geen priester annemen buten hoeren pastoir noch die pastoir buten den buerluden, ten wair of eyn lantcompthur dair eynen toe setten wil, dat staet an hem ende dat die des ordens sij.

Idem de buurlieden voorschreven zullen geen priester aannemen buiten haar pastoor, nog de pastoor buiten de buurlieden, als een landcommandeur daar één aanstellen wil, dat behoort aan hem en dat hij van de orde is.

Item als die kerck opter zee bij dode eyns pastoirs vacierende werd, soe sullen die buerlude die institucy des nywen pastoirs, die dan van den lantcompthur gesat zal werden, uutrichten ende betalen ende anders niet, alzoe te verstaen of eyn lantcompthur eynen pastoir revocieren ende eynen anderen presentieren wolde toe der institucy, te betalen en sullen die buerlude niet geholden wesen.

Idem als de kerk op Zee bij de dood van een pastoor vacant wordt, dan zullen de buurlieden de bevestiging van een nieuwe pastoor, die dan door de landcommandeur aangesteld zal worden, uitvoeren en betalen en anders niet, zo te verstaan dat als een landcommandeur een pastoor herroepen en een ander presenteren wil voor de institutie, te betalen en zullen de buurlieden niet gehouden wezen.

Item, dat die van der zee toe der fabriken der kercken opten Riin doen sullen, dat sal staen ter uutsprake des heren van Wassenair ende des proefst sijns brueders mit eynen ofte tween geleerden, die sij dair toe nemende werden, ende off die voirscr. heren alsulcken uutspraick deden, dat enich van den op Rijn of op zee der uutspraick nyet volgen wolden, als dan zoe sullen beyde partijen mit uutspraick mijns heren van Utrecht of sijns vacarius in der saken tevreden wesen.

Idem dat die van de Zee tot de fabriek van de kerk op den Rijn doen zullen, dat zal staan ten uitsprake van de heer van Wassenaar en ten onderzoek van zijns broeders met een of twee geleerden, die zij daartoe nemen zullen en als de voorschreven heren zulk een uitspraak deden, dat enige van die op Rijn of op Zee de uitspraak niet volgen willen, dan zullen beide partijen met de uitspraak van mijn heren van Utrecht of zijn plaatsvervanger in de zaak tevreden zijn.

Gededincht in den jairen ons heren etc. LXI op Sinte Odulphus dach ende deser cedelen sijn twee gelijc ludende, die eyn uut der anderen gesneden.

Gedingd in de jare onzer heren etc. '60 op Sint Odulphus dag en deze cedelen zijn twee gelijk luidend, de een uit de andere gesneden.

Bron : G. van Duijvenbode, De witte kerk aan zee, Katwijk 1975.